top of page

De 3 fasen van traumaverwerking

In welke fase zit jij?




Trauma is een gemeen beest. De gevolgen van moeilijke levenservaringen, chronische stress en trauma kunnen erg groot zijn. Angsten, depressies, relatieproblemen, fysieke klachten… Toch kunnen we ervan herstellen, en ook na heel moeilijke omstandigheden weer een gezond en gelukkig leven uitbouwen.

In traumatherapie doorlopen we daarvoor 3 fasen, die maken dat de therapie op een veilige en min of meer gestructureerde manier kan verlopen. Dit helpt om ervoor te zorgen dat we op elk moment in de therapie precies voldoende ondersteuning geven en bezig zijn met wat de cliënt op dat moment het meeste nodig heeft - en aan kan. Zodat we voldoende uitdaging bieden, maar ook niet te veel vragen en de zaken nog moeilijker maken. En het geeft ook wat houvast, zodat je weet waar je aan toe bent en waar we naartoe gaan.

De basis voor deze aanpak werd al gelegd in de 19e eeuw door Pierre Janet en werd sindsdien ontwikkeld als de “gouden standaard” voor traumatherapie.

Fase 1 (stabilisatie)


We starten in fase 1 als je merkt dat je erg moeilijk functioneert in het dagelijkse leven. Je symptomen nemen de overhand: je staat constant onder stress, wordt overspoeld door angsten of andere emoties, hebt last van dissociatieve verschijnselen (derealisatie, dissociatie…) en lijkt van de ene crisis naar de andere te gaan. Je relaties lopen moeilijk, je worstelt met een gevoel van weinig eigenwaarde dat je tegenhoudt om “gezonde” dingen te gaan doen, en je hebt geen idee waar je naartoe wil met je leven. Er is precies nooit een moment van rust.

Op zo’n moment is het belangrijk om eerst te zorgen voor rust, tools om te leren omgaan met je klachten, eigenwaarde en vaardigheden te gaan versterken, te kijken naar wat je nù nodig hebt om te kunnen functioneren. Ook kijken naar waar je al goed in bent, wat jouw talenten en goede eigenschappen zijn en hoe we die kunnen versterken hoort hierbij. We werken aan het begrijpen van waar je symptomen vandaan komen, hoe je ermee om kunt gaan, manieren om met stress om te gaan en voor jezelf te zorgen.

Fase 2 (verwerking)


In fase 2 merken mensen dat ze last hebben van een aantal symptomen, hoewel ze over het algemeen best ok functioneren. Mensen die je niet zo goed kennen, zouden misschien kunnen denken dat er niet veel aan de hand is. Je kunt werken, relaties aangaan, en voor jezelf zorgen, hoewel het soms moeizaam gaat en je merkt dat je niet zo functioneert zoals je zou willen. Je voelt je onzeker, hebt angsten of lijdt onder moeilijke herinneringen, hebt slaapproblemen of relationele problemen. Je weet dat je moeilijke of traumatische dingen hebt meegemaakt die nog niet verwerkt zijn, anders zou je niet zoveel zorgen of moeilijkheden ervaren. Maar dit gewoon weten lijkt niet te helpen: “ik weet wel dat ik me niet schuldig moet voelen, maar toch voel ik me de hele schuldig,” of “ik weet wel dat ik niet angstig moet zijn, maar toch is het zo,” hoor ik dan vaak.

In deze fase gaan we werken aan het herkennen van je triggers, en gaan we dieper in op de trauma’s, ervaringen of stressoren die je hebt meegemaakt, die maken dat je de klachten hebt waar je mee worstelt. We identificeren en verwerken deze ervaringen, zodat ze minder het “heden” binnendringen en zodat je zelfbeeld positiever wordt. Door de ervaringen die aan de grondslag liggen van je klachten te verwerken, worden ze met “wortel en al” uitgeroeid. Dat zorgt ervoor dat je niet meer aan “symptoom management” moet doen - de symptomen (fysieke klachten, angsten, negatieve gedachten, flashbacks of nachtmerries…) komen gewoon niet meer op.

Fase 3 (integratie)


Ook als de herinneringen die aan de basis van je klachten liggen, verwerkt zijn, kun je nog tegen zaken aanlopen. Door de dingen die je hebt meegemaakt, heb je misschien tekorten opgelopen: behoeften die niet zijn vervuld als kind, normale ontwikkelingsfasen die je niet op de “standaardmanier” hebt kunnen doormaken. Bovendien heb je waarschijnlijk, door die trauma’s, bepaalde gewoonten en manieren van leven ontwikkeld, die je nu niet meer wil. Daarnaast zorgt de bewustwording van trauma, van wat je hebt meegemaakt en tekort bent gekomen, ook voor rouw, voor een verdriet dat nog moet verwerkt worden, voor valse hoop die nog moet losgelaten worden. In fase 3 leren we omgaan met die rouw en dat gemis, werken we rond het integreren van je ervaringen in je verhaal, en kijken we vooral vooruit: naar hoe je, nu je die moeilijke ervaringen hebt verwerkt, en een positiever zelfbeeld hebt ontwikkeld, verder wil. Wat je belangrijk vindt in het leven, waar je voor wil gaan, voor welke uitdagingen je nog gaat komen te staan en hoe je daarmee wil omgaan. We oefenen met nieuwe manieren om om te gaan met moeilijke situaties, zoals een baas die je vraagt om over je grenzen te gaan, relationele conflicten of de trein op durven stappen.

Natuurlijk zijn die fasen niet zo mooi afgelijnd in de praktijk, als dat ze op papier lijken. Soms moeten we uit fase 2 even terug naar fase 1, of gaan we al naar fase 3 terwijl er ook nog werk in fase 2 moet gebeuren. Allemaal afhankelijk van hoe het met je gaat op dat moment, wat er in je leven speelt, en waar je nood aan hebt.

Afhankelijk van waar je staat in je leven, beginnen we ook in een andere fase. Niet iedereen die binnen komt, heeft er nog nood aan om werk uit fase 1 (of zelfs fase 2) te doen. Soms kunnen we onmiddellijk beginnen met het verwerken van moeilijke ervaringen, of met het integreren van deze ervaringen en nieuwe gewoonten in je leven.

Herken jij jezelf in een van deze fasen? Waar zit je momenteel, waar heb je momenteel nood aan of zou je aan willen, moeten of kunnen werken?

34 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page